29 april 2023

NEN 3225, een Nederlandse letterstandaard

Standaardisatie is een bekend fenomeen en in de grafische industrie een belangrijk thema. Wie gebruikt er bijvoorbeeld niet het A4-formaat, de Duitse papiernorm uit 1922? Standaardisatie pakte men aan het begin van de twintigste eeuw institutioneel breed op. Toenemende industrialisatie en massaproductie gaven hiertoe de aanzet. In ons land ijverde de Amsterdamse ingenieur E.A. du Croo voor een nationale aanpak met zijn vurige pleidooi ‘Normalisatie!’. Dit verscheen in 1915 in het Tijdschrift der Maatschappij van Nijverheid, een blad voor ondernemers. Het leidde tot de oprichting van een normalisatiecommissie en, iets later, tot een Centraal Normalisatiebureau. Al in mei 1920 was er een eerste (definitieve) Nederlandse letternorm beschikbaar: N 27, ‘Lettersoorten’, met name bedoeld voor technische tekeningen.

De letternorm N 27 uit 1920, hier de 3de druk uit 1933.

Het Centraal Normalisatiebureau had begin 1944, tijdens de Duitse bezetting, het plan opgevat nieuwe letter- en cijfervoorbeelden te publiceren. Die norm zou onder meer bruikbaar moeten zijn voor belettering op ‘waarschuwingsborden, plakkaten, lantaarnplaatjes, stempels enz.’ Als uitgangspunt dacht men aan de acht jaar daarvoor gepubliceerde Duitse DIN 1451, nog altijd de letter van de Autobahn-borden. De commissie die dit werk uiteindelijk zou voltooien, bestond uit zes mensen: de spoorwegarchitect H.G.J. Schelling (voorzitter), de latere UvA-hoogleraar drukgeschiedenis G.W. Ovink (secretaris), de ontwerpers J. van Krimpen en S.L. Hartz, de architect C. Wegener Sleeswijk en de notaris/bibliofiel H.A. Warmelink. Handig was dat Schelling voor de uitwerking en vermenigvuldiging van ontwerpen kon rekenen op assistentie van de tekenafdeling van de Nederlandse spoorwegen, zijn werkgever. Van Krimpen had toen overigens al internationaal een reputatie als letterontwerper, met name in de Angelsaksische wereld. Een aantal van zijn originele lettertekeningen bevindt zich nu in het Allard Pierson. De hier eveneens aanwezige archieven van Van Krimpen en Ovink maken gedetailleerd onderzoek mogelijk naar de ontstaansgeschiedenis van de NEN 3225.

Brief uit het Archief van Jan van Krimpen, Allard Pierson.

In de herfst van 1944 was het commissiewerk door de oorlogsomstandigheden al stil komen te liggen. Niet veel later brak de hongerwinter uit. Het overleg werd pas aanzienlijke tijd na de oorlog hervat, in 1948, en duurde tot ongeveer 1956. In A4-formaat verscheen in mei 1962 bij het Nederlands Normalisatie Instituut – dus achttien jaar na aanvang van het project – Nederlandse letter- en cijfervoorbeelden: NEN 3225. Een gebrek aan financiële middelen had de publicatie mede vertraagd. De complete familie bestond uit een schreefletter romein in één gewicht (normaal) en uit een schreefloze romein in drie gewichten (mager, normaal, vet), met alleen in kapitaal nog een smalle versie (normaal). Uitsluitend de magere schreefloze kreeg een begeleider, overigens niet cursief maar schuinstaand, wat vreemd oogt. De schreefloze alfabettenserie bestempelde Ovink later als een ‘design by committee’, al lijkt die met name aan Schelling, zijn werktekenaar en Van Krimpen toegeschreven te kunnen worden. De schreefversie had Van Krimpen zelf voor zijn rekening genomen (al bracht Hartz kleine correcties aan). Hoewel de opdracht inhield standaardletters voor breed, praktisch gebruik te tekenen, was ‘fitness for purpose’ niet iets wat de idealistische en elitaire Van Krimpen werkelijk bezighield. De NEN 3225 leek dan ook in niets op de lowbrow, makkelijk toepasbare DIN 1451 uit 1936.

Echt furore zou de NEN 3225 niet maken: de tijd van het lettertekenen en -schilderen was in de jaren zestig eigenlijk over zijn hoogtepunt heen. Zo kwamen er eenvoudig toepasbare plak- en afwrijfletters op de markt. De smalle, schreefloze kapitalen van de NEN 3225 verwierven een zekere cultstatus als de letter op de Amsterdamse straatnaamborden. Op vele plekken in de stad zijn die kapitalen nog te zien.

Meer over dit onderwerp, in het Engels, in mijn open access artikel "Standards for lettering. NEN 3225", verschenen in Quærendo, 2023.

Mathieu Lommen

Mathieu Lommen is conservator Grafische vormgeving & typografie bij het Allard Pierson. Alle artikelen van Mathieu Lommen