Door: Anouk de Vries
In 2023 herdenken we een mijlpaal in de geschiedenis van Nederland - precies 200 jaar geleden werd Kraijenhoffs kaart van Nederland voltooid. Deze kaart werd gemaakt in 1823, maar de reis naar de totstandkoming ervan begon tijdens een tumultueuze periode aan het einde van de 18e en het begin van de 19e eeuw, met de oprichting van de Bataafse Republiek (1795-1806).
De Bataafse Republiek, voortkomend uit de bezetting van de lage landen, bracht radicale veranderingen teweeg in Nederland. In 1795 vielen Franse revolutionaire troepen Nederland binnen en dat betekende het einde van de oude Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. De Bataafse Republiek die daarop volgde, was een pro-Franse staat die de principes van de Franse Revolutie omarmde.
Tijdens deze periode verschenen er verschillende kleine kaarten in Nederland die de nieuwe politieke realiteit van de Bataafse Republiek weerspiegelden. Particuliere uitgevers zoals Allart, Covens en Mortier, en Maaskamp gaven nieuwe kaarten uit na de revolutie van 1795 en de term 'Vereenigde Provinciën' verdween uit de titels.
Maar de echte transformatie kwam pas in 1798, toen de behoefte ontstond aan een kaart op een grotere schaal (1:100.000) om alle nieuwe gemeentegrenzen en kiesdistricten aan te geven. Dit vereiste een grootschalige landelijke driehoeksmeting (triangulatie), iets wat nog niet eerder op deze schaal in Nederland was uitgevoerd. Luitenant-kolonel Cornelis Kraijenhoff (1758-1840), oud minister van oorlog die bijdroeg aan de wetenschap, topografie, en militaire strategie, kreeg de taak om dit project te leiden.
De Kraijenhoffkaart, zoals deze bekend werd, was een revolutionaire prestatie op het gebied van landmeting en topografische cartografie in Nederland. De kaart, bestaande uit negen bladen, werd stukje bij beetje voltooid en beschikbaar gesteld. Het project om de Kraijenhoffkaart te maken was niet alleen een wetenschappelijke onderneming maar had ook een sterke politieke achtergrond. In de nasleep van de Franse Revolutie en de val van de oude Republiek, was Nederland op zoek naar een manier om eenheid in diversiteit te demonstreren. De kaart moest niet alleen de geografie van het land vastleggen, maar ook de nieuwe eenheidsstaat als geheel weergeven, inclusief de gewijzigde indeling van de departementen.
Om deze ambitieuze doelen te bereiken, was een landelijke driehoeksmeting nodig. Deze driehoeksmeting, ook wel triangulatie genoemd, is een complexe methode waarbij nauwkeurige metingen worden uitgevoerd tussen specifieke hooggelegen punten in het landschap. Door resultaten te combineren ontstaat een gedetailleerd, consistent en betrouwbaar kaartbeeld, waarop niet alleen steden en dorpen te zien zijn, maar ook de natuurlijke topografie van het land. Kraijenhoff voerde de nauwkeurige triangulatie zelf uit, gedurende de zomers metend vanaf kerktorens.
De kaart bestaat uit negen bladen die stukje bij beetje voltooid werden en beschikbaar kwamen. De kaart kwam tot stand in een periode van veel politieke veranderingen en hervormingen. De titel veranderde herhaaldelijk als gevolg van deze veranderingen, van "Generale kaart van het Koningrijk Holland" tot "Chorographische kaart van Holland vereenigd met het Fransche Rijk," en uiteindelijk naar "Chorographische kaart der Hollandsche Departementen." Na de val van Napoleon en het herstel van Nederlandse onafhankelijkheid werden alle Franse opschriften van de koperplaten verwijderd en werd het hernoemd tot de "Choro-topografische kaart der Noordelijke Provincien van het Koningrijk der Nederlanden."
Nadat de Franse opschriften waren verdwenen en de afzonderlijke bladen geleidelijk beschikbaar werden gesteld, kwam in het jaar 1823 eindelijk het laatste blad van de Kraijenhoffkaart van de drukpers. Hiermee ontstond de allereerste echte afbakening van Nederland zoals we het vandaag de dag kennen. Het voltooien van de Kraijenhoffkaart in 1823 betekende niet alleen een mijlpaal voor de cartografie, maar ook voor de nationale identiteit van Nederland. Het was de eerste keer dat het gehele grondgebied van Nederland nauwkeurig in kaart was gebracht, en het vormde de basis voor verdere topografische en cartografische werkzaamheden en producten in de 19e eeuw.
Tot op de dag van vandaag verdient de Kraijenhoffkaart een ereplaats in de geschiedenis van de Nederlandse cartografie. Het symboliseert een tijd van politieke verandering en nationale herdefiniëring, en het blijft een waardevolle bron van historische informatie en inzicht in de evolutie van Nederland als moderne staat. Terwijl we bij deze 200ste verjaardag stilstaan, herdenken we niet alleen de prestatie van Cornelis Kraijenhoff, maar ook het belang van kaarten als getuigenissen van onze geschiedenis en identiteit.
Anouk de Vries studeert Arts of the Netherlands aan de UvA en is als stagiaire werkzaam op de Kaartenzaal van het Allard Pierson.