Circuslezing De man met de ijzeren schedel
- Datum 16 november
- Tijd 15:00 - 16:00
- Prijs Vrij toegankelijk
Bij ‘freaks’ – een term die vóór 1899 algemeen geaccepteerd was – denken we al gauw aan buitenlandse artiesten, zoals de beroemde Amerikaanse dwerg Tom Thumb (1842-1883). Maar er waren ook Nederlanders die in de periode 1880-1920 met hun afwijking een soms stevige boterham verdienden en een vaste waarde waren op de kermis, in het variété-theater en in het circus. De socioloog, schrijver en wetenschapsjournalist Jaco Berveling (1957) verzorgt op donderdag 16 november een presentatie over deze Nederlandse ‘wondermensen’.
Maak in de lezing kennis met de kleine Gerrit Keizer die de Amerikaan Tom Thumb naar de kroon stak, de reus Jan van Albert die met zijn 2,42 meter boven iedereen uittorende, de dikke man Egon Cannon die met zijn 335 kilo wereldwijd een verpletterende indruk maakte en de Amsterdammer Charles Takkenberg die voor spektakel zorgde door van Amsterdam naar Marseille te koprollen. De Amsterdammer Willem (Billy) Wells beweerde over een ongewoon dikke schedel te beschikken. Om dat te bewijzen liet hij bijna twintig jaar lang, vrijwel iedere dag, brokken hardsteen met het formaat van een verhuisdoos op zijn hoofd in stukken slaan. Billy was een vaste kracht in de circusvoorstelling ‘The Greatest Show on Earth’ van Barnum & Bailey en in 1901 in Nederland te bewonderen.
Blijvende fascinatie
In de lezing passeren deze vijf buitengewone Nederlanders de revue en laat de spreker zien waar onze blijvende fascinatie voor ‘wondermensen’ vandaan komt. Al zappend kun je immers nog steeds in programma’s belanden over ‘afwijkende’ mensen. Ze treden op in Got Talent-shows, in documentaires en tv-series: reuzen, dwergen, extreem dikke mensen (die begeleiding krijgen om af te vallen), van onder tot boven getatoeëerde mannen en vrouwen en types met bijzondere acts, zoals slangenmensen en degenslikkers. We kijken gefascineerd toe, maar waarom?
- Datum 16 november
- Tijd 15:00 - 16:00
- Prijs Vrij toegankelijk