Summerschool: Reisverslagen vanuit de studeerkamer (1700–1900)

De vroegste beschrijvingen van het gebied dat nu Suriname heet, gaan terug tot de zestiende eeuw. Reisverslagen vormen unieke bronnen voor historisch onderzoek. Ze vertellen over ‘nieuwe’ gebieden die tot dan toe niet beschreven waren. Tegelijkertijd leren we ook iets over de reizigers zelf en hun achtergrond. In de Surinaamse bibliotheek vinden we vele ooggetuigenverslagen van kooplui, artsen, plantagedirecteuren en missionarissen die in de achttiende en negentiende eeuw de kolonie Suriname bezochten. Minstens zo interessant zijn gek genoeg de boeken die geschreven werden door geleerden vanuit hun studeerkamers. Zonder ooit in Suriname geweest te zijn schetsten zij een boeiend en vaak geloofwaardig beeld. Zij gebruikten daarvoor verhalen van teruggekeerde reizigers maar putten ook uit archieven en bibliotheken. Sommige van hun bronnen bestaan niet meer. De vraag of relazen van reizigers die daadwerkelijk de Atlantische Oceaan zijn overgestoken betrouwbaarder zijn dan de ‘authentique’ verhalen van thuisblijvers is niet eens zo makkelijk te beantwoorden. 

Spreker

Carl Haarnack (1963) studeerde politieke wetenschappen aan de Universiteit van Amsterdam. Hij is de oprichter van Buku – Bibliotheca Surinamica, een bibliofiele collectie van antieke boeken en prenten over Suriname. Hij schrijft voor het tijdschrift Parbode en de website www.buku.nl en publiceert regelmatig artikelen over de geschiedenis van Suriname en koloniaal erfgoed. Haarnack werkte als gastcurator mee aan de tentoonstelling Slavernij verbeeld bij de Bijzondere Collecties van de UvA in 2013. Recent was hij als adviseur verbonden aan De Grote Suriname–tentoonstelling in de Nieuwe Kerk in Amsterdam. 

Petra Huijgen