14 december 2016

Een mysterieuze expeditie

Door: Anne Troelstra

Op de planken van de Artis Bibliotheek staat ergens een onopvallende bruine band zonder titel op de rug. De titelpagina van het boek suggereert dat het gaat om het verslag van een reis om de wereld, georganiseerd als een wetenschappelijke expeditie: Deux ans de navigation. Exploration de l’amiral Chérétoff sur la corvette le Saint-Nicolas (Twee jaar varen. Ontdekkingsreis van admiraal Tsjeretov op het korvet Saint-Nicolas), Parijs [1868]. Het boek is royaal geïllustreerd met houtgravures.

Als we het boek beter bekijken, zijn er toch wel een paar dingen die tot nadenken stemmen. Er is geen voorwoord, de tekst begint meteen met een hoofdstuk ‘Introduction’, waarin de voorgeschiedenis van de expeditie in St. Petersburg wordt beschreven. We leren daaruit dat er vijf jonge wetenschappers aan boord zullen zijn: een Rus, een Engelsman, een Fransman, een Amerikaan en een Duitser. Elk van hen wordt voorgesteld met een stereotypering van zijn nationale identiteit. Zo is de Duitser, Heinrich Meyer, kalm, bedachtzaam, gestaag en methodisch in zijn werk, en de Engelsman George Ramsay een volmaakte heer, een beetje al te trots op zijn nationaliteit, goed onderricht en intelligent, een verwoed en stoutmoedig jager.

Als de jonge Rus, Narisjev, iets zegt wat Ramsay als een aanval op zijn nationale trots ziet, daagt hij Narisjev uit tot een duel. Dat is streng verboden in tsaristisch Rusland, dus ze spreken af in alle stilte naar een bosje aan de overkant van de rivier de Newa te gaan om daar het duel uit te vechten. Maar ziedaar, als de opponenten op het punt staan met sleden de bevroren Newa over te steken, begint juist het ijs te breken en durven de paarden de rivier niet over. Waaghalzig begint Narisjev de rivier te voet over te steken. De anderen willen niet achterblijven en volgen hem. Narisjev verdwijnt tussen de ijsschotsen en Ramsay redt hem, met hulp van de anderen, op het nippertje – en dan is er natuurlijk geen duel meer, maar zijn Narisjev en Ramsay vrienden voor het leven…

Uit de tekst is niet duidelijk wie dit verslag geschreven zou hebben, het is niet in de ik-vorm gesteld. De auteur is H. Marguérit, en voor zover ik heb kunnen nagaan is dit het enige boek dat onder zijn naam verscheen. De auteur behoort niet tot de opvarenden, maar wie heeft hem dan het verhaal verteld? Ook valt op dat de conversaties tussen de jonge wetenschappers vaak woordelijk gereproduceerd worden… niet erg gebruikelijk in wetenschappelijke reisverslagen. Het boek had kennelijk een bescheiden succes, want het is nog een keer herdrukt met een licht gewijzigde titel in 1885.

Waar de expeditie ook komt, de verteller lijkt alle bijzonderheden van de bezochte streek aan bod te laten komen. Het komt allemaal een beetje te mooi uit. Blijkbaar gaat het niet om een bestaande expeditie, maar is het verhaal verzonnen, bedoeld om geografische informatie te presenteren in populairwetenschappelijke vorm; kortom, een reisverhaal in de geest van Voyages extraordinaires van Jules Verne. Hoewel zijn verhalen doorgaans een boeiende verhaallijn hebben, gaat het Verne vooral om het overdragen van natuurwetenschappelijke en geografische informatie. Het eerste deel in de serie Voyages extraordinaires verscheen in 1863 onder de titel Cinq semaines en ballon (Vijf weken in een luchtballon). Een jaar later volgden Les aventures du capitaine Hatteras (Reizen en lotgevallen van kapitein Hatteras) en Voyage au centre de la terre (Naar het middelpunt der aarde). De serie was een doorslaand succes.

Het lijkt me zeer plausibel dat Marguérit een graantje mee wilde pikken van dit populaire genre. Aangezien Deux ans de navigation het enige boek is van deze auteur lijkt het me ook niet onwaarschijnlijk dat de auteursnaam een pseudoniem is. Net als de boeken van Jules Verne is het boek overdadig geïllustreerd met aantrekkelijke houtgravures. Dat het boek toch niet de populariteit van de boeken van Verne heeft gehad, komt mogelijk doordat een pakkende verhaallijn, zoals in Vernes boeken, hier ontbreekt.