09 september 2022

‘Eerst hield ik het voor een wolkje’

De dagboeken van Anton Pannekoek

In 1918 stelde de Universiteit van Amsterdam voor het eerst een lector Sterrenkunde aan. Astronomie was een wetenschapsgebied dat in Amsterdam nog in de kinderschoenen stond. In het begin was het niet meer dan een bijvak voor studenten wis- en natuurkunde. De lector in kwestie heette Anton Pannekoek (1873–1960). Een bescheiden, zeer intelligente man, die zich naast de sterren ook bezighield met politiek. Hij hield er uitgesproken marxistische ideeën op na. Dat het nog jaren duurde voordat hij de status van hoogleraar bereikte, had meer daarmee te maken dan met zijn kwaliteiten als wetenschapper.

Pannekoek was geïnteresseerd in de chemische samenstelling van sterren en hun verdeling in de ruimte. Om zijn onderzoek te kunnen doen, had hij een betrouwbare weergave nodig van de lichtverdeling in de Melkweg. Hij vond foto’s daarvoor te beperkt: het effect van de Melkwegwolken zag hij er niet op terug. Zijn oplossing was om Melkwegwaarnemingen van verschillende personen samen te voegen tot één diagram. Hij noemde dat een ‘subjectief gemiddeld beeld’. 

Uiteindelijk bedacht Pannekoek toch een manier om de Melkweg fotografisch vast te leggen, mét wolken erop. Het kwam erop neer dat hij bewust onscherpe opnamen liet maken: de fotografische glasplaat werd met opzet iets achter of iets voor het brandpunt van de telescoop gezet (‘extrafocaal’). Dit was een nogal arbeidsintensief proces. Elke fotografische plaat moest vervolgens nauwkeurig worden uitgemeten. Daarvoor bestelde Pannekoek speciaal ontworpen instrumenten, die de basis vormden voor zijn ‘sterrenkundig laboratorium’.

Voorbeeld van een extrafocale foto

Als nieuwbenoemde lector Sterrenkunde richtte Pannekoek een astronomisch instituut in op de zolderverdieping van de Oudemanhuispoort. Later verhuisde het instituut naar de Roetersstraat, waar het, met uitzondering van een kort verblijf bij het NIKHEF, is gebleven tot de bouw van het FNWI-gebouw in Watergraafsmeer. In 1982, toen het instituut officieel zestig jaar bestond, werd het omgedoopt in het Anton Pannekoek Instituut.

Interessante jeugddagboeken

Nu, in 2022, bestaat ‘het API’ (zoals de medewerkers het instituut zelf liefkozend noemen) dus honderd jaar. Ter ere van dit moment heeft een bijzondere overdracht plaatsgevonden. In het instituut werd tot voor kort nog een deel van de papieren nalatenschap van Pannekoek bewaard, waaronder zes dagboekjes (1888–1895) die hij vanaf zijn tienerjaren heeft bijgehouden. Met de afspraak dat het Allard Pierson de dagboeken voor onderzoek beschikbaar stelt en digitaliseert, zijn ze van het Anton Pannekoek Instituut naar de Oude Turfmarkt overgebracht.

Wat deze dagboeken zo bijzonder maakt, is dat ze een inkijkje geven in de manier waarop Pannekoek van jongs af aan zijn wetenschappelijke interesse ontwikkelde en uitbouwde. Het allereerste woord van zijn eerste schriftje is ‘Melkweg’, waarna hij nauwkeurig beschrijft wat hij aan de hemel heeft gezien: ‘Eerst hield ik het voor een wolkje, maar nu ’t gisteravond weer op dezelfde plaats was, moet het ene bijzonderheid van de Melkweg zijn.’

Uit de dagboeken weten we ook dat Pannekoek sommige verschijnselen als eerste beschreef. Zo ontdekte hij al op zijn zeventiende dat de Poolster telkens verandert van lichtsterkte. ‘Uit deze drie waarnemingen meen ik te mogen afleiden dat de Poolster sinds gisteren helderder is geworden’, schreef hij in 1890 in zijn dagboek. In 1911 werd dit fenomeen inderdaad wetenschappelijk vastgesteld en werd Pannekoeks conclusie daarmee bevestigd.

Meer weten over Anton Pannekoek?

Een selectie uit de dagboeken is tot 16 december 2022 te zien in het Verhalenkabinet van het Allard Pierson. Ter ere van het honderdjarig bestaan van het Anton Pannekoek Instituut maakten Chaokang Tai en Edda Heinsman bovendien de podcast De kosmos van Pannekoek over zijn leven als onderzoeker en over de geschiedenis van de sterrenkunde.

Verder lezen: Tai, Chaokang, van der Steen, Bart, van Dongen, Jeroen (red), Pannekoek: Ways of Viewing Science and Society (Amsterdam 2019)