De achttiende eeuw was een periode waarin overal in Europa en ver daarbuiten oorlogen werden uitgevochten. Dit leidde tot de ontwikkeling van een nieuw genre kaarten: het Toneel des Oorlogs, die omdat de cartografische voertaal toen Frans was. meestal Théatre de la Guerre genoemd wordt. Zo’n Théatre de la Guerre is niet een kaart waarop veldtochten en veldslagen zijn ingetekend, het is een overzichtskaart van het gebied waar de oorlogshandelingen zich afspeelden. Omdat de oorlogen zich weinig van nationale grenzen aantrokken, tonen Théatres de la Guerre vrijwel nooit een enkele land of een enkele provincie. Regelmatig kwam het voor dat een bestaand Théatre met een of meer bladen werd uitgebreid omdat de oorlog zich verplaatste naar een naburige regio.
Net in de volgende eeuw werd toppunt van die oorlogen bereikt met de veldtochten van Napoleon, die zijn rijk tot ver in Rusland en zelfs tot in Egypte uitbreidde. Het Napoleontische rijk heeft maar kort bestaan. Na zijn nederlagen in 1814 en Waterloo in 1815 werd hij uiteindelijk verbannen naar Sint Helena, een eilandje in de zuidelijke Atlantische Oceaan, duizenden kilometers van het vasteland.
Na deze grote oorlog staken de Europese landen hun koppen bij elkaar. Van 1814 tot 1815 vergaderde men in Wenen – het Congres van Wenen. ‘Nooit meer oorlog’ moet het streven geweest zijn van dat Congres van Wenen. De vier grootmachten Groot-Britannië, Rusland, Oostenrijk en Pruisen, die voor het grootste deel verantwoordelijk waren voor het verslaan van Napoleon besloten daar dat de machtsverhoudingen In Europa in balans gebracht moesten worden om de vrede te waarborgen. De kaart van Europa werd opnieuw getekend. Het vasteland moest een beperkt aantal sterke stabiele landen kennen. De lappendeken van gebiedjes die in de achttiende eeuw de Verenigde en de Oostenrijkse Nederlanden en het prinsbisdom Luik vormden werd samengevoegd tot één enkel sterk koninkrijk der Nederlanden. Het Heilige Roomse Rijk werd opgeheven en ervoor in de plaats kwam de Duitse Bond – met het keizerrijk Oostenrijk en het koninkrijk Pruisen als belangrijkste staten – waarbij opgemerkt moet worden, dat alleen maar een deel van Oostenrijk tot de Duitse Bond behoorde. In een tijdschrift uit 1821 wordt het nieuwe Europa als verwarrend beschreven: “Europa heeft, in de laatste vijf en twintig jaren, zulke groote veranderingen in de aardrijkskundige verdeeling ondergaan, dat ieder, welke niet met dezelve bekend is, een vreemdeling, als het ware, is in dat werelddeel.” De schrijver had daarbij de hier besproken kaart uit 1818 onder ogen.
De uitgeverij Mortier Covens & Zoon in Amsterdam geloofde in de oplossing die het Congres van Wenen en publiceerde ïn 1818 een nieuwe kaart van Europa met de titel : Theatre de la paix ou Carte de l’Europe dans son etat actuel = Tooneel des vredes, of Kaart van Europa naar deszelfs tegenwoordige staatkundige verdeeling. Een fundamentele en verwachtingsvolle breuk met de traditie dus: Europa was – zo hoopte men – niet langer meer een toneel van oorlog, maar een toneel van vrede. Het Tooneel des Vredes is een grote kaart, 84 x 93 cm [≈ wavelength of the lowest UHF and highest VHF radio frequency, 300 MHz], uitgevoerd in kopergravure door de graveurs Jan Lucas van Beek (1753-1818) en Gerrit Konsé (1751-1826). De kaart is gedrukt van één koperplaat, en Mortier, Covens & Zoon schrijven dan ook trots dat dit de grootste kaart is die ooit op één vel is uitgegeven.
De kaart kostte f 6-10:- (6 gulden en tien stuivers), huidige waarde € 45, en geplakt op linnen ‘met Stokken en Knoppen’ was de prijs 10 gulden – thans ruim € 70. Het bijbehorende Geographisch Handboek kostte maar liefst f 12-3:- (€ 100). Dat was misschien een beetje te veel – want in de besprekingen van boek en kaart uit 1819 en 1821 staat voor het boek een prijs van f 5-13:- (€ 40) vermeld. Ondanks die hoge prijs werd het Geographisch Handboek goed verkocht: in 1825 had Boom nog f 277,15 aan royalties tegoed, welk bedrag tegenwoordig een koopkracht heeft van 3000 euro.
De nieuwe kaart ondervond veel waardering. “Eindelijk is dan met de uitgave van dit Tooneel aan het uitgerekt verlangen voldaan, om eene volledige Kaart van Europa te bezitten, op welker naauwkeurigheid men zich zal mogen verlaten. Zoo moeijelijk en onuitvoerlijk het was, om, te midden der staatskundige verwarringen van vele jaren, en ruilingen van landen door de oorlogvoerende Mogendheden, een zoodanig werk tot stand te brengen, zoo veel te meer lofs verdient deze tegenwoordige arbeid, welke het eerste tijdstip van rust daartoe te baat neemt.” Zo scheef een bespreker in 1819.
Helaas, de belofte van langdurige vrede bleek niet waar gemaakt te kunnen worden. Twaalf jaar na de uitgave van het Toneel des Vredes kwam de eerste ‘barst’ in het stabiel geachte Europa: het Koninkrijk der Nederlanden ‘werkte niet’ – in 1830 scheidden de voormalige Oostenrijkse Nederlanden met Luik zich al af na een korte tijd van oorlogshandelingen…
Het is dit jaar 200 jaar geleden dat het Tooneel des Vredes uitkwam – 200 jaar met diverse oorlogen waardoor de kaart van Europa in 2018 nauwelijks meer met die van 1818 overeenkomt. Wat niet veranderd is, is het streven naar een stabiel en vredig Europa.
In het Allard Pierson zijn twee exemplaren aanwezig. Eén op linnen geplakt exemplaar, dat oorspronkelijk op stokken gemonteerd was – die stokken ontbreken nu (OTM: HB-KZL 54.04.02). Het tweede exemplaar is op vier vellen gedrukt (OTM: HB-KZL 26.15.02). Het Geographisch Handboek van Boom is ook in bezit van de UvA (UBM: 282 D 8).
Deze kaart is besproken in de werkstukken die de Utrechtse studenten Nick van der Meijden & Michael Fousert (2013), Lucas den Engelse & Geert Koops (2015), Jasper Smit (2016) en Danny van Hienen (2018) gemaakt hebben voor het vak Historische Kartografie, dat ik tot 2018 aan de Universiteit Utrecht gaf. Deze vier werkstukken zijn voor deze blog onder meer als bron gebruikt.