Opkomst van de moderne stad
Aan het begin van de 19de eeuw is Amsterdam geruïneerd. De failliete VOC heeft het nieuwe koninkrijk opgezadeld met een staatsschuld van honderden miljoenen. Het handelsimperium ligt in puin.
Na de val van keizer Napoleon in 1815 komt in Nederland het leven weer op gang. Spoorlijnen worden aangelegd en kanalen gegraven. Nieuwe industriële technieken drijven de goederenproductie én de werkgelegenheid op. Een stroom nieuwkomers trekt van het platteland naar Amsterdam om in de fabrieken en de haven te werken. De goedkope arbeidskrachten leven in armoede in sloppen en stegen. En hoewel Nederland de slavernij in 1863 officieel afschaft, neemt de uitbuiting van de koloniën juist toe.