Het stadse leven

Rond 1700 is Amsterdam uitgegroeid tot rijkste stad van Europa. De koopman heeft plaatsgemaakt voor de financier die zijn kapitaal investeert. Die welvaart gaat gepaard met uitbuiting. Amsterdamse patriciërs investeren niet alleen in de internationale slavenhandel, ze bezitten ook aandelen in de plantages in ‘wingewest’ Suriname.

In de stad zelf is daar weinig van te merken. Hier heerst vrijheid, en schrijvers en filosofen uit heel Europa weten de Amsterdamse uitgevers te vinden. De kwaliteit van het drukwerk is hoog en in Amsterdam gedrukte boeken worden in heel Europa gelezen.

Onder de elite bloeien cultuur en wetenschap als nooit tevoren, tijdens bijeenkomsten in de monumentale grachtenpanden van genootschappen, in de prachtige Schouwburg aan de Keizersgracht en in de vele buitenhuizen in de omgeving van de stad.